Mijn lijst met blogs

woensdag 13 juni 2012

277

Iedere dag reden we minimaal twee keer langs de begraafplaatsen bij Syracuse op Sicilië. De algemene begraafplaatsen met grote familiegraven en –tombes, zoals wij die in Nederland helemaal niet kennen. Een wirwar aan gebouwen en gebouwtjes, rijkelijk versierd met beelden en bloemen.
Tientallen meters verder was een begraafplaats met een compleet andere inrichting en sfeer: een begraafplaats waarin de zerken allemaal dezelfde kleur en vorm hadden. Zerken die ritmisch geplaatst waren op een strakke grasmat, met keurig aangeharkte bloemperkjes ertussen. Duidelijk een begraafplaats die we wel kennen in Nederland: een plaats voor geallieerde slachtoffers van de Tweede wereldoorlog.

Voor de algemene begraafplaatsen stonden op de parkeerstrook dagelijks de mooie gekleurde bloemen in de stalletjes klaar om gekocht te worden én meegenomen te worden naar een graf. Afgelopen zaterdag kochten we een bosje ‘Duizendschoon’ en kregen er een witte anjer bij van de verkoper. Met gevaar voor eigen leven liepen we vervolgens langs de doorgaande weg waarbij auto’s werkelijk aan ons voorbij raasden. Er was geen fatsoenlijk wandelpad naar de War cemetery, laat staan een parkeerterrein. Dat stemde direct verdrietig: een ereplaats die bijna niet te bereiken was…

We zetten onze handtekening in het ‘guest book’ en zagen dat er alweer een aantal dagen geen bezoeker meer was geweest. Onder de indruk en met gepaste stilte liepen we langs de rijen. Het oog van mijn lief viel op een zerk met een Nederlandse leeuw erop. Hoe bijzonder is dat op een plek met – helaas – honderden graven. Op deze plek moest de witte anjer geplaatst worden! Tegen de zerk stond een tegeltje met daarop een zwart-wit foto van een andere zerk van dezelfde man…
We maakten foto’s van de zerk, om thuis meer over deze J.J.M. Sterkenburg op te kunnen zoeken op internet. Wie was deze commandant van de ‘Soemba’, die maar 43 jaar oud werd? Hoe was hij in WOII omgekomen? Hoe kwam hij destijds op Sicilië terecht?

We liepen verder en mijn lief zag een tweede Nederlander: matroos K. Steen.
Ter plaatse zochten we de namen in het register op, en kwamen er achter dat er twee Nederlanders lagen en mijn lief ze (toevalligerwijs) allebei had gevonden te midden van alle Engelse geallieerden, en een Griek:



Niet alleen mijn lief wil meer weten over de mensen achter de strijders en slachtoffers van WOII. Voordat hij thuis op internet had kunnen zoeken had ik wat vakantiekiekjes op Facebook geplaatst en kreeg ik van een achterneef een link naar een Youtube-filmpje: het verhaal van commandant Joop Sterkenburg. Marinier, man van Ida, vader van Thijs, Florrie en Johan (‘Tjoemp’).
Een treurig verhaal.
Het filmpje van de Oorlogsgravenstichting (OGS) geeft ook de verklaring voor het tegeltje dat we tegen de zerk zagen staan…

Naar het Youtube-filmpje over familie Sterkenburg

Over matroos Kees Steen is niet meer te vinden dan de geboorte- en sterfdatum. Een bijna anonieme jongen die maar 22 jaar is geworden.
Ook hij heeft van ons een bloemetje gekregen…

1 opmerking:

  1. Wat aardig van jullie.
    Ik ken dochter Florrie persoonlijk. Een pittige dame van ruim in de zeventig.
    Haar broer is al overleden, evenals haar man, die ook Kapt. ter zee is geweest. Leuk om dit te lezen.

    BeantwoordenVerwijderen