Mijn lijst met blogs

zaterdag 31 december 2011

245

Ik had allang gezien welke sites mijn lief regelmatig bezocht op zijn Iphone: pagina’s waarop gitaren stonden en soms te koop werden aangeboden. In stilte werd gedacht, gezwijmeld en gedubd.
Afgelopen nacht werd rond half een de knoop doorgehakt! Die ene moest hij in het écht zien, voelen en bespelen.
En zo reden we vandaag, op de laatste dag van 2011, naar een dorpje in Noord-Brabant waar mijn lief een afspraak had met een jongeman die een van zijn gitaren wilde verkopen. Met enige pijn in het hart weliswaar, maar een gitaar die vrijwel alleen in de koffer opgeborgen ligt, is zielig.

We waren iets te vroeg en verlieten nog even de snelweg voor een uitsmijter in een troosteloos wegrestaurant: met ons meegerekend zaten er vijf mensen te lunchen in de serre met kunststof kozijnen. Wij aan een tafel met een laken met een enorm gat er in. We dronken jus d’orange-uit-pak en aten elk drie eieren op bruin brood. Prima lunch.

Het koperen naambordje naast de deur, met daarop twee namen, verklapte dat er ook een hond in huis was. Die sloeg dan ook meteen aan toen mijn lief aanbelde. De gemuilkorfde hond was helemaal niet zo fout; slechts zenuwachtig van al het vuurwerk dat door wel heel jonge kinderen werd afgestoken op de straathoek. De vrouw des huizes stelde zich voor en kroop daarna weer achter de computer in de woonkamer. Bon Jovi schalde door het huis en zij zong volop mee. De heer des huizes ging ons voor de trap op naar zijn muziekkamer.

Van een van de slaapkamers waren de muren kobaltblauw geschilderd, er stond een klein kastjes met wat flessen whiskey er op (duidelijk voor de sier) tegen de wand, in de hoek een lekkere fauteuil, en tegen de andere wand de gitaarversterker. Op drie standaarden stonden gitaren. De gitaar waar mijn lief voor kwam lag klaar, in de open koffer, op de grond.
Dit was het domein van een muzikant.

Ik heb geen verstand van gitaren; ik kijk naar een gitaar als naar een auto, namelijk naar de vorm en naar de kleur. En toen ik de gitaar in de koffer zag was ik al verkocht. Maar daar ging het niet om. Het ging er om, er achter te komen of mijn lief een klik had met ‘hem’.

Binnen een half uur stonden we weer beneden in de gang.
“Willen jullie misschien wat drinken?” Nee, we hoefden écht niets.
Of we dan misschien wat drinken mee wilden voor in de auto. “Ik heb pakjes Yogho” zei de vrouw des huizes.
De schat.
Maar ook de pakjes yoghurtdrink sloegen we af.
Want wat valt er nog te wensen over?
Mijn lief heeft een gouden gitaar in een koffer die aan de binnenzijde bekleed is met roze pluche!

vrijdag 30 december 2011

244

Soms zie je ze liggen in van die woonprogramma’s op tv: salontafelboeken. Dikke boeken die bedoeld zijn om eens lekker door te bladeren op de hippe loungebank. Boeken die vooral ook uitstralen: ik weet wel wat écht mooi is, ik ga voor de kunst en niet voor de kitsch. Een fotoboek van modeontwerper Hans Ubbink mag op tafel liggen. Van fotograaf Erwin Olaf of Paul Huf is denk ik ook prima. Of van een wereldberoemde architect… die ik niet ken…
Als het maar dik, duur,glanzend, zwaar en heel mooi is.

Ondanks dat ik geen salontafel heb (maar wel heel veel ruimte om door de kamer te dansen), heb ik sinds kort ook een salontafelboek! Gekregen van Sinterklaas en heel erg leuk om écht door te bladeren, en niet alleen voor de sier te hebben.
Het boek: list-o-pedia.
Met als ondertitel: Honderden interessante, bizarre en best wel leerzame lijstjes die je écht moet kennen.

Ik ben best wel van de lijstjes. Ik maak boodschappenlijstjes en wanneer ik een stok achter de deur nodig heb in het huishouden maak ik een lijstje met klusjes. Niet omdat ik niet kan onthouden dat ik boodschappen moet doen, glas en oud papier weg moet brengen, douche en toilet schoon moet maken, de afwas moet doen, de was moet draaien en ophangen en het hele appartement moet stofzuigen. Maar zonder lijstje schuif ik dat soort dingen voor mij uit, terwijl het als een trein gaat wanneer ik gedane zaken kan afstrepen. Het afwerken van het lijstje wordt een doel op zich. En dat werkt dus voor mij.

Terug naar mijn salontafelboek.
Zoals de ondertitel al aangeeft staan er best wel vreemde lijstjes in. Lijstjes waar je van denkt: “Hoe bedenkt iemand het om dat uit te vogelen”. Bijvoorbeeld het lijstje met 10 klein uitgevallen leiders, waarin onder andere staan:
Benito Juarez – Mexico (1806 – 1872) – 1,37 meter
Deng Xiaoping – China (1904 – 1997) – 1,50 meter
Koningin Victoria – Engeland (1819 – 1901) – 1,52 meter
Jozef Stalin – Sovjet-Unie (1878 – 1953) – 1,63 meter (ik ook…)
Francisco Franco – Spanje (1892 – 1975) – 1,63 meter
Michinomiya Hirohito – Japan (1901 – 1989) – 1,65 meter
Nicolas Sarkozy – Frankrijk (1955 – leeft nog steeds) – 1,65 meter
Napoleon Bonaparte – Frankrijk (1769 – 1821) – 1,68 meter
Dus zo heel klein was die Napoleon niet. Het is maar met wie je hem vergelijkt.

270 pagina’s met heel uiteenlopende lijstjes!
Van ‘10 kleuren die niet meer kunnen’ tot ‘8 door Darwin gegeten dieren’.
En van ‘6 bijgeloven over bezems’ tot ‘8 zinloze bizarre handelingen’.
Van ’14 dodelijkste natuurrampen’ tot ’14 leugens die films ons wijsmaken’
En van ’14 schandalen die nu oubollig lijken’ tot ‘4 op origami geïnspireerde instrumenten’.

Tsja, en of dat nu allemaal lijstjes zijn die ik écht moet kennen. Dat denk ik niet, maar het is wel gewoon een leuk doorbladerboek!

Hmm, misschien een lijstje voor de volgende editie: ’10 boeken die gewoon alleen maar leuk zijn en niet hoeven uit te stralen dat de eigenaar zo enorm sophisticated is’…

donderdag 29 december 2011

243

In blog 187 vroeg ik mij al eens af wat ik zou kunnen gaan doen, wanneer ik straks de 365 blogs heb geschreven voor deze (gelijkluidende) blogpagina. Ik zocht naar een nieuwe opdracht voor mezelf, en dacht aan 100 blogs over een onderwerp. Het thema 'eten & drinken' kwam langs in mijn gedachten, en ‘Leeuwarden’. Op mijn opmerking dat suggesties voor een nieuwe opdracht of nieuw thema welkom zijn, heb ik tot op heden geen reactie(s) ontvangen. Maar wat niet is, kan nog komen nietwaar!?

Inmiddels heb ik wel zelf nog een mogelijk thema bedacht voor de volgende reeks (nadat ik de 365 vol heb – nog 122 te gaan). Deze week kreeg ik namelijk de Issuekalender 2012 onder ogen. Op die poster (ik kreeg ‘m op papier, maar hij staat ook gewoon op het internet – LINK) staan de speciale dagen, weken en maanden aangegeven.

Van ‘vroeger’ op de lagere school weet ik dat ‘de week van het brood’ bestaat. En ook de borstkankermaand – oktober – is de afgelopen jaren flink bekend geworden (en is inmiddels ook door wat minder positieve berichten veel in het nieuws geweest). De diverse collecteweken ken ik ook: hartstichting, astma, maag/lever/darm, diabetes etc. etc.
Maar dan zijn er nóg heel veel bijzondere weken en dagen… gebombardeerd door voornamelijk ondernemers, brancheverenigingen, goede doelen en humoristen (denk ik).

Echt voor bijna elke dag is wel een ‘issue’.
Neem alleen al de eerste maand van 2012:
          Nieuwjaarsdag
          Wereld Braille Dag
          Werelddag voor Oorlogswezen
9 – 15    Week van het Vermiste Hart
15         Wereld Religie Dag
15 – 22  Week van het Gebed
17         Dag van de Media
17         Dag van het Jodendom
18         Het Nationaal Voorleesontbijt
18 – 28  De Nationale Voorleesdagen
21 – 22  De Nationale Tuinvogeltelling
22 – 28  Europese Baarmoederhalskanker Preventieweek
23 – 27  Week van de Slokdarmkanker
25         Tegenovergestelde Dag
26         Dag van de Zorgverzekeraars
26         Nationale Gedichtendag
27         Internationale Herdenking van de Holocaust
28         Europese Dag van de Privacy
29         Wereld Yoga Dag
29         Wereld Lepra Dag
31         start Week van de Gastronomie

Wat ik mij moet voorstellen bij de ‘Week van het Vermiste Hart’ of de ’Tegenovergestelde Dag’ weet ik niet. Maar dat zou ik kunnen uitzoeken.
En ik heb er daarna ook vast en zeker wel een mening over. Daar zit ik niet over in.

Ja, die issuekalender 2012 zou nog wel eens heel goed van pas kunnen komen.
Goed bewaren!

zaterdag 24 december 2011

242

Zo aan het eind van het kalenderjaar ‘moet’ er zo veel. De rest van het jaar trouwens ook wel, maar zo rond Kerst en op oudejaarsavond gaat er nog even een tandje bij. Van heel veel dingen die ‘moeten’, ‘horen’ en ‘verwacht worden’, trek ik mij weinig aan… en zo ook van de dingen die moeten rond Kerst.
·         Ik heb geen bergen boodschappen in huis gehaald, maar gewoon aardappels, broccoli en vegaburgers. En nee, het is ook niet zo dat wij de komende dagen familiediners op het programma hebben staan, waardoor mijn eigen boodschappenlijstje zo gewoon was.
·         de tuincentra, interieurwinkels en warenhuizen hebben ook geen goede klant aan mij gehad: in mijn huis geen kerstboom, geen kerstversiering, geen takken, ballen en slingers;
·         de momenten dat ik alleen ben, voel ik mij helemaal niet eenzaam. En dat druist helemaal in tegen het gevoel dat geprobeerd wordt op te dringen. Mensen mogen iedere dag alleen en eenzaam zijn, maar twee dagen per jaar mag dat niet.

Aan een paar verwachtingen wil ik best even voldoen. Bijvoorbeeld aan de kerstmuziekverwachting (lees blog 238 en blog 240), het sturen van kerstkaarten (kaartje altijd leuk) én aan het mijmeren over hoe de kerstdagen vroeger waren.

Tot op mijn negende woonden wij in een leuk huis, dat vooral door hait wel redelijk in kerstsfeer werd gebracht eind december. In de kamer werd naast de piano een grote kerstboom geplaatst en dat betekende dat één deur naar de kamer niet meer open kon. Aan de gangkant van die deur werd dan een visnet opgehangen, zodat duidelijk was dat het tijdelijk geen doorgang was. De kerstboom was eigenlijk zelfs wat té groot, dus hait zaagde altijd wat takken af en hij kortte een aantal in. Die stukjes groen werden in het visnet gestoken.
Ook heeft hait eens een fietswiel versierd met die stukjes afgeknipt groen en dat wiel werd vervolgens aan het plafond gehangen. Of er ook een slinger lampjes in verwerkt was, weet ik eigenlijk niet meer.
Voor het grote raam had hait een raamwerk getimmerd, dat aan het eind van het jaar aan de binnenzijde van het glas werd geplaatst. Het grote voorraam was dan tijdelijk verdeeld in kleine vakjes. Nu ik erover nadenk werd het raam eerst een aantal jaren in vakjes verdeeld door rood lint en rode tape, en kwam later dat lattenwerk. Tsja eens een timmerman, altijd een timmerman.
In de vakjes werd vervolgens met spuitsneeuw een randje gespoten en figuurtjes: klokken en sterren. Eén jaar was de spuitsneeuw écht verschrikkelijk geweest… het was bijna niet meer te verwijderen. Mem heeft heel wat afgepoetst op het glas met spiritus, zeepsop en wat al niet meer voor chemische goedjes.

Mem was een tweede kerstdag-kind.
Op tweede kerstdag kwamen dus steevast ‘Witmarsum’, ‘Winsum’ en ‘Makkinga’. Later kwam ‘Neede’ er bij. Die plaatsen staan voor familieleden die op verjaardagsvisite kwamen. En de ‘sport’ was om goed te voorspellen wie als eerste zouden arriveren. De oom en tante uit Witmarsum of de neef en nicht uit Winsum?
Bij iedere verjaardag kwam het Mexicaantje op tafel: een klein zwart poppetje met een gitaartje, en dat gitaartje was een flesopener.

Mexicaantje staat nu bij mij thuis.
Ik kan nu heel sentimenteel gaan doen: op tweede kerstdag hoeven we, nee kúnnen we niet meer op verjaardagsvisite gaan, omdat mem er niet meer is. Maar ik durf wel hardop te zeggen, dat wanneer mijn ouders er nu nog zouden zijn, ik vast ook wel eens verschrikkelijk zou balen, vanwege een verplicht bezoek op tweede kerstdag.

Want dat moet ook tijdens Kerst, het hoort er zo bij: zeuren over verplichtingen.
Bij deze voldaan aan nog een verwachting!

vrijdag 23 december 2011

241

Nog een, en dan komt er als het goed is een terug!
Dit moet een prikkelende eerste zin voorstellen die uitnodigt tot doorlezen. Maar volgens mij ben ik niet zo goed in eerste zinnen…

Anyways, waar ik het over wilde hebben is: postcrossing.

Voor wie postcrossing niet kent, een beknopte uitleg.
Iedereen met een computer, internetverbinding en e-mailadres kan zich inschrijven in een grote database. Een computerprogramma bepaalt vervolgens wie aan wie een kaartje moet sturen. De ingeschrevenen krijgen via e-mail het adres waar ze een kaart naartoe moeten sturen.
En dan niet een digitale kaart, maar een echte!
Dus er gaan allemaal echte, kartonnen ansichtkaarten over de hele wereld, waarbij mensen in een paar zinnen iets vertellen over bijvoorbeeld zichzelf of de plaats of het land waarin ze wonen, aan een wildvreemde. Om te controleren of de ingeschrevenen serieus zijn en daadwerkelijk kaarten op de bus gooien, wordt er gewerkt met codes. De ontvanger laat aan de hand van die code op de ansichtkaart weten, dat de kaart inderdaad is bezorgd.

Op een profielpagina kan iedere ingeschrevene iets over zichzelf vertellen (als hij of zij dat wil), zodat degene die hem of haar een kaartje moet sturen, de keus van de kaart of de tekst daarop kan afstemmen. Bijvoorbeeld: ik houd (absoluut niet) van kaarten met daarop een kunstwerk, bloem, hamster, kerk etc. etc. Een levensverhaal kan natuurlijk ook…

Sinds vorige week ben ik ingeschreven op die internationale website www.postcrossing.com en heb ik vier ansichten over de wereld gestuurd: twee naar de voormalige USSR, een naar Finland en een naar de USA.
Allemaal vrouwen. Is dit een vrouwendingetje?
Ik kan het zo snel niet vinden op de website van postcrossing, maar ik zou het mij zo kunnen voorstellen… Wat ik wel vond, is dat er op dit moment 273.852 mensen hieraan meedoen uit 202 landen, en er zijn al 9.579.219 kaarten ontvangen (en dus ook minimaal verzonden).

Ik weet niet wie dit hele stuur-elkaar-een-kaartje-systeem heeft bedacht – ik denk een ansichtkaartenuitgever of een bezorgdienst – maar ik vind het leuk.
Niet meer en niet minder dan ‘leuk’.
Ik vind het leuk om een kaartje te sturen en een kaartje te ontvangen. En dan vind ik het vooral leuk wanneer het bekenden betreft (zus G en vriendin A zijn nogal van het kaarten sturen, dank daarvoor!), maar ook onbekenden (denk ik).
Mocht het toch niet zo leuk blijken te zijn, dan kap ik er gewoon weer mee.
Dat dat gemakkelijk kan is dan ook wel weer leuk.

zaterdag 17 december 2011

240

In blog 068 schreef ik al eens over Wobbe: de man die muziek ademt, waarbij muziek door de aderen stroomt en waarvan het hoofd vol is van muziek. En dan hebben we het niet over alle muziek maar over goede muziek! Muziek dat weinig tot helemaal niet in de bakken bij de grote ketens staat. Naast muziekkenner en CD-verkoper is Wobbe ook eigenaar van een onafhankelijke platenmaatschappij: Universe productions. En dan hebben we het niet alleen over goede muziek… want ook Wobbe moet eten.

Vandaag had ik een autoritje van twee keer drie kwartier in het vooruitzicht, en ik had zin in kerstmuziek! Ik schreef het al in blog 238: in de auto heb ik in deze tijd van het jaar behoefte aan Mariah Carey, Wham, John Lennon en Slade en zo. Nu had ik bij de Blokker de dubbelaar van € 14,95 kunnen kopen waar al die ‘klassiekers’ op staan, maar wanneer ik muziek koop doe ik dat liever niet bij een keten. Dat doe ik liever bij een zelfstandig ondernemer als Wobbe. En zo liep ik schoorvoetend naar binnen… want in de winkel van Wobbe staan uiteraard geen kerst-CD’s uitgestald. Ik had een bijna beschamende vraag en was niet de enige in de zaak…

“Wie zoekt zal vinden”, zei Wobbe en “Kan ik helpen?”
“Nou dat denk ik niet, maar ik gun u meer een verkoop dan een keten, dus heeft u een héle foute kerst-CD?”
Nou, daar moest Wobbe heel even over nadenken, en een andere klant die op mij moest wachten keek mij aan met een ontzettend hautaine blik. Alsof hij dacht: “Hoe durf je deze man daar naar te vragen!”
Wobbe liep richting het magazijn en zei onderweg: “Misschien is deze zaak wel wat te goed voor een heel foute kerst-CD.” Nou dat vond de hautainkijkende meneer een goeie hoor! Ik legde nog een keer uit dat ik daar ook vanuit ging maar dat ik hem méér een verkoop gunde dan een keten. Dat kon Wobbe erg waarderen! Daar had ik helemaal gelijk in!
In no-time kwam Wobbe terug met een dubbel-CD: Christmas Classics, met een vreselijke afbeelding van een gouden engelenbeeldje er op. Perfect dus!
Een kleine greep uit de nummers:
Carpenters – Sleight Ride
Louis Armstrong – Christmas in New Orleans
Kenny Rogers – Christmas is my favourite time of the year
Willie Nelson – What a Merry Christmas this could be
Andrew Sisters – Winter Wonderland
Fats Domino – Siver Bells
Jackie Wilson – White Christmas

Ik rekende af, liep naar huis en haalde daar de nieuwe aanwinst uit het plastic zakje. En wat schetste mijn verbazing: op de achterzijde stond het logo van het label… Universe!

Hilarisch!
Misschien is deze zaak wel wat te goed voor een heel foute kerst-CD…

vrijdag 16 december 2011

239

De deur naar de kamer in het zorgcentrum stond wagenwijd open. Ze zat min of meer in het midden van de kamer, in haar rolstoel. Het was er koud want de radiatorknop stond op nul. Ze had haar bril niet op, en de twee delen van haar gebit – boven en onder – lagen in een koffiekopje. Naast dat kopje stond nóg een kopje met koude koffie aangelengd met water.
Zo trof ik de mevrouw aan die ik op vrijdagmiddag bezoek vanuit het Rode Kruis, en waarmee ik dan steevast een kruiswoordpuzzel maak.

“Ik ben gestorven”, zei ze als eerste toen ik binnenkwam en gedag had gezegd. Ondanks dat ik geen enkele opleiding heb gevolgd – nog geen spoedcursus – op het gebied van omgaan met dementerende ouderen, bedacht ik dat het niet goed zou zijn om te zeggen: “Nou, ik hoor u anders praten, dus dan bent u niet gestorven!”
Deze opmerking over gestorven zijn, moest een metafoor zijn voor iets anders. Mijn ‘reconstructie’: haar dochter moest vandaag (of onlangs) naar het ziekenhuis om geopereerd te worden, en ze had van schoonzoon nog niets gehoord. Ze was er nu zeker van dat men haar niet durfde te vertellen dat het niet goed was gegaan en dat de dochter inmiddels was overleden.

Wat de waarheid is, weet ik niet. Of de dochter inderdaad geopereerd moest worden en dat de schoonzoon daadwerkelijk nog niets had laten weten, weet ik niet. Maar als de oude dame overtuigd is van dat verhaal, kan ik mij voorstellen dat zij het gevoel heeft dat er een stuk van haar is gestorven.

Ik ruimde de kopjes op, haalde een natte doek over de tafel, draaide de radiator open, rolde de mevrouw aan de tafel en stelde voor dat ze zelf even het gebit in zou doen (er zijn grenzen nietwaar!). Vervolgens zette ze zelf ook haar bril op.
En we begonnen met puzzelen.
Gaandeweg werd ze wat rustiger, maar de zorgen over de dochter bleven wel degelijk.

Dit was de tweede keer in korte tijd dat ik bij een dementerende oude dame naar binnen stapte, en iemand aantrof die helemaal niet goed in het vel zat. Laatst had oma (die ik oma noem maar niet mijn oma is) de bokkepruik op. Ze was opstandig en knorrig. En dan vandaag een mevrouw die helemaal in de war was en neerslachtig. En in beide gevallen zaten ze na ruim tien minuten alweer een stuk beter in het vel… door alleen maar wat aandacht te geven, een paar vragen te stellen en vooral te luisteren.

Dus ik zeg nog maar een keer – zoals zo veel andere mensen die mij voor zijn gegaan – dat ik het schrijnend vind om te zien, dat de verpleegkundigen en verzorgers in de zorgcentra en verpleeghuizen helemaal geen tijd meer hebben voor de bewoners.
Zo treurig om te beseffen dat zo veel mensen ongelukkig, in de war, verdrietig, boos of radeloos in hun stoel zitten. En dan komt er alleen af en toe iemand binnen die even snel het eten voor hen neerzet, de vuile vaat weghaalt of de inlegger wisselt.
Vreselijk.

maandag 12 december 2011

238

Op de een of andere manier is het niet de meest vrolijke tijd van het jaar. Een aantal mensen waar het steeds slechter mee gaat, zullen we denk ik in 2011 achterlaten, en dat stemt niet vrolijk. Daarbij opgeteld de regenachtige zomer, gevolgd door een aantal weken mist, en nu dan weer weken grijze, wilde natte luchten… ik heb er helemaal niets mee. Waar blijft die horrorwinter met lichtgevende witte sneeuw en de zon die weerkaatst wordt op een gladde ijsvloer?

Regelmatig heb ik – met de ruitenwissers dansend voor mij op de voorruit – zo’n enorme behoefte aan kerstnummers die uit de boxen in mijn auto schallen, terwijl ik door een winter wonderland rijd. In willekeurige volgorde wil ik horen:

Met de heerlijke lage kerstmannenstem van Clarence Clemons

Ik heb overigens een elpee – echt vinyl – van Elvis met alleen maar kerstnummers, maar heb in de auto geen platenspeler ;-)

Ik kom er gewoon voor uit dat ik dit een héérlijk meeblèrnummer vind

Gewoon leuk

Zus had het singeltje destijds

En nog steeds is war de wereld niet uit…

En nog zo veel meer van die klassiekers, van die meezingers, van die eens-in-het-jaar-nummers die voorbij komen.
En dan, hoor ik ineens de klanken van Get Back Home. Een nummer dat slechts weinigen kennen.
Dat zegt  niets over de kwaliteit van het lied; dat zegt slechts iets over ‘toeval’.
Het toeval dat net die ene persoon het nummer oppikt. Zoals Chelsea Dagger van The Fratellis zomaar ineens een hit werd omdat het werd gedraaid en aansloeg tijdens Serious Request 2006. Vervolgens kwam het zo om de tien minuten voorbij op 3FM.

Get Back Home had volgens mij – grote leek dus – eenzelfde hitpotentie.
Het was een volslagen ander nummer dan Chelsea Dagger, hoor. Maar het had als overeenkomsten dat het ook een link met een goed doel had (het nummer was te downloaden voor een bijdrage aan Musicians without borders), dat het bij het einde van het jaar paste, en dat het mooi was.
Een melancholiek kerstnummer zónder het woord Christmas er in.

Er worden meer hits geschreven, dan dat er ooit hits zullen zijn.
Get Back Home werd het bij toeval niet. Maar ik blijf er gewoon af en toe even over dromen.
In de auto, op weg naar huis.

zondag 11 december 2011

237

Het was een groot raadsel, waar het concert exact ging plaatsvinden. En hoe die zaal in Het Paleis bereikt kon worden. Op de binnenplaats van het voormalig Scheikundig Laboratorium aan het Boterdiep in Groningen stond een aantal rode picknickbanken en een oldtimer Citroënbus, maar geen enkele verwijzing naar de muzikale avond ‘Levenskunstenoars’. Er liepen meer belangstellenden voor de avond met muziek van Grunniger bodem, enigszins verdwaasd rond.
Het concert bleek op de eerste etage plaats te vinden, te bereiken via een smalle stenen trap óf een lift met gebruiksaanwijzingen.

Het publiek werd gevormd door circa zestig geïnteresseerden.
Dat viel ons een beetje tegen.
’s Middags hadden we uitgerekend dat wanneer alle koorleden van Ten Toon elk een aantal familieleden zouden meenemen en alle fans van de Groninger singer-songwriter Edwin Jongedijk zouden komen opdraven, we op tijd moesten zijn voor de aanschaf van een kaart aan de kassa! Maar dat was – heel bizar – niet het geval. Bizar omdat het een uniek en bijzonder concert betrof…

Voor de pauze bracht vocaal ensemble Ten Toon eerst vier nummers ten gehore – prachtig – en daarna een lied bestaande uit acht delen (kijk, nu wordt meer dan eens duidelijk dat ik hier helemaal geen verstand van heb, want daar zijn vast speciale termen voor). Die acht delen waren naar zang omgezette Groningse gedichten. Het vocaal ensemble werd bij dit deel van het programma begeleid door een celliste en een accordeonist.
Wat is Gronings toch mooi, wat een prachtige klanken.

Na de pauze – hier waren we in eerste instantie voor gekomen – trad Edwin Jongedijk op. Maar liefst negen Groningse nummers, waarvan hij een groot deel samen met het vocaal ensemble zong. Wauw!
De meest indrukwekkende was voor het laatst bewaard: Haarfst in mien Haart. Melancholie in zijn puurste en mooiste vorm: de tekst, de toon, de donkere stem, de bijna dreigende klanken van het vocaal ensemble. Het sloot allemaal naadloos op elkaar aan.

Zoals ik al schreef: bizar dat er niet veel meer mensen waren bij dit bijzondere concert. Aan de andere kant. Hoe vaak zijn er geen concerten, optredens, evenementen en voorstellingen bij mij ‘om de hoek’ in Leeuwarden, en hang ik onderuit op de bank? Waarom ben ik laatst niet alleen naar het optreden van Janis Ian in De Harmonie gegaan, toen bleek dat mijn lief niet kon vanwege CD-opnamen? Waarom deed ik niet de jas aan toen mijn zwager vanuit Romein sms’te dat er nog meer dan voldoende kaarten waren voor het optreden van Dan Baird? Ooit reden we helemaal naar Hellendoorn voor een optreden van hem en nu was hij op nog geen kilometer loopafstand.
Ik had ‘even geen zin’.
En zo was dat misschien gisteravond ook het geval bij velen die niet in Het Paleis waren.

Maar… lichtpuntje!
Wie gisteravond het concert van Ten Toon & Edwin Jongedijk heeft gemist, krijgt vandaag een nieuwe kans. Op zondag 11 december brengen ze om 16.00 uur in de Koepelkerk in Sappemeer het nogmaals ten gehore.
Niet twijfelen, niet denken ‘even geen zin’.
Gewoon gaan!

donderdag 8 december 2011

236

Nog even iets over Tim’s haaractie.
Oh, that doesn’t ring a bell?
Dan eerst even kijken op de site http://timshaaractie.nl/ en mijn vorige blog lezen – blog 235.
Klaar?

Ik heb de afgelopen dagen nog even verder nagedacht over wat mij nu zo ontzettend aanspreekt in Tim’s haaractie. Er zijn immers best veel kinderen die zich inzetten voor een goed doel, maar waarom springt deze actie er zo uit voor mij? Vooral acties op school en sponsorlopen voor Kika, zeehondjes, Doe een Wens etc. ‘doen het denk ik ook best goed’. Echter… dat zijn vaak acties die door volwassenen georganiseerd worden of bedacht zijn, en door kinderen opgepakt worden of waar kinderen dan aan deelnemen. De school organiseert de sponsorloop en de kinderen rennen de rondjes. Prima acties, natuurlijk. Maar Tim heeft zelf bedacht dat hij zijn haar laat groeien voor de Stichting Haarwensen. En aangezien haar maar zo’n centimeter per maand groeit, heeft hij dat wel op héél jonge leeftijd zelf bedacht.

Tweede wat de actie voor mij bijzonder maakt is de tijdspanne. Natuurlijk zijn er meer kinderen die zich voor langere tijd ergens op kunnen toeleggen, maar een spaaractie beginnen die meer dan twee jaar duurt. Ik neem mijn petje ervoor af.

Maar misschien spreekt de actie mij nog wel het meeste aan door iets van 35 jaar geleden…
Op de eerste schoolfoto van de kleuterschool sta ik met lange blonde haren.
Op de tweede schoolfoto van de kleuterschool sta ik met heel kort haar, coupe ragebol met hier en daar een hap eruit. Slechte coupe, slechte huiskapper, slecht idee. Ik zag er niet uit. En ik zag er ook niet meer uit als een meisje, want toen ik eens als 5-jarige naar het toiletgebouw op camping De Noordster in Dwingeloo ging, zei een meisje dat ik aan de andere kant van het gebouw moest zijn. Die opmerking maakte enorme indruk op mij.
Echt last van gehad tot in de pubertijd…

Haardracht maakte destijds het verschil.
En ook al heb ik nooit last van kaalheid gehad, kan ik mij ietsiepietsie voorstellen hoe bepalend en hoe moeilijk het voor een kind kan zijn, wanneer het kaal is. Het (gebrek aan) haar kan zo’n impact hebben! Met de anekdote over kleine Forina op De Noordster in het achterhoofd, valt die ene opmerking van Tim in de reportage van RTV Drenthe zoveel meer op. De opmerking over het aangesproken worden als ‘jonge vrouw’ omdat hij nu lang haar heeft. Dát heeft deze negenjarige over voor iemand die hij niet kent en nooit zal kennen.

Ik vind het drie heel aannemelijke antwoorden op de vraag: waarom springt deze actie er zo uit voor mij?

(houd ik nu even op met schrijven over dit onderwerp ;-) )

1975: eerste schoolfoto

dinsdag 6 december 2011

235

Hoe werkt inspiratie?
Geen idee.
Ik weet alleen dat ik geïnspireerd ben geraakt.
Niet door een mooi landschap, niet door een schilderij, niet door een gedicht of verhaal.
Ik ben geïnspireerd door een actie van een negenjarige. Door Tim.

Een passage van zijn site, over de bewuste actie:
Hoi, ik ben Tim Puper en 9 jaar oud. Ik laat mijn haar nu groeien voor Kika / Stichting Haarwensen. Als mijn haren 25 cm lang zijn kan ik ze pas laten knippen! Een ander kind met kanker kan mijn haar dan gebruiken voor een pruik.

Wilt u mijn lange haren sponsoren? 4 januari 2012 is mijn haar lang genoeg en ga ik naar de kapper. Ik hoop dan 1000 euro ingezameld te hebben voor Kika!

Wie niet meteen gegrepen is door de sympathieke actie zelf, die wordt wel week bij het zien van de reportage van RTV Drenthe over de actie. Ik tenminste wel. Helemaal bij de zinnen over de ervaring van Tim met zijn inmiddels lange haar, in winkels. Hij wordt nu regelmatig aangezien voor een meisje en wordt ‘jonge vrouw’ genoemd. Waarop Tim’s zusje in de reportage zegt: “Maar het is een heer… Toch?”
Zó schattig!

Anyways, kijk zelf maar even op de site van Tim’s haaractie: http://timshaaractie.nl/

Toen ik van de actie hoorde én begreep dat hij niet alleen haar ‘spaarde’ maar ook geld, stortte ik meteen de volgende dag wat. Op twitter en facebook vermeldde ik dat een goed voorbeeld goed doet volgen, en doelde daarmee op het storten. Een vriendin reageerde echter voor de gein op facebook: oh ik dacht je schenkt je haar :-)
Wat moest ik daar nu eens op antwoorden? Het werd:
Heb ik wel over nagedacht, maar 25 centimeter... dat is best veel... houd ik een soort boblijn over (wat nog altijd meer is dan kaal). Ik vraag me daarnaast af, of geblondeerd haar (ik ben eigenlijk héél intelligent) wel zo bruikbaar is. Is best broos lijkt mij. En derde gedachte: het zou de aandacht van Tim's actie afhalen, en dat kan ook niet de bedoeling zijn :-)

Het eerste argument om het niet te doen – 25 cm er af is best veel – weerleg ik zelf alweer in de reactie. Op de website www.haarwensen.nl staat onder de veelgestelde vragen dat geverfd haar ook gedoneerd mag worden… en er staat niets over het niet accepteren van geblondeerd haar. Dus dat tweede argument is ook weg. Het derde argument – het zou de aandacht van Tim zijn actie afhouden – hoeft helemaal niet relevant te zijn. Ik kan naar een kapper gaan, een vlecht van 25 cm laten afknippen en er verder helemaal geen aandacht voor vragen. Het kán met een campagne om aandacht te vragen voor Stichting Haarwensen, maar het hoeft natuurlijk niet…

Vanavond even een foto opgezocht uit 1998 waarop ik redelijk kort haar heb (voor mijn doen) en via e-mail even met mijn lief overlegd…  en ik ga het gewoon doen!

Mijn haar zal na de knipbeurt korter zijn dan op de foto van 1998, maar met zeker een centimeter groei per maand, moet ik gewoon niet piepen!

Haardracht 1998... en 2012

zondag 27 november 2011

234

Ineens zag ik vorige week het licht.
Nee, niet dat licht. Het kwartje viel. Althans voor mij. Het zou zomaar kunnen dat de eigen ontwikkelde theorie helemaal niet klopt, maar het werkt wel in de praktijk. Ik ga het uitleggen.
 
Oma die mijn oma niet is maar die ik wel zo noem, wordt 'minder'. Ze herhaalt haar vragen en vaste verhaaltjes zo om de tien minuten, ze haalt alle familieleden door elkaar en ze vertelt ook compleet warrige verhalen die van geen kant kloppen... Correctie: die op het eerste gezicht van geen kant kloppen. Zo heeft oma (die mijn oma niet is maar die ik wel zo noem) het heel vaak over 'letters'. Ze wil geen koffie ze wil 'letters', ze vraagt steeds naar 'de letters'. Om de haverklap komen die 'letters' voorbij.
 
Vorige week dacht ik ineens: oma is vast een typische taal- of woorddenker en geen beelddenker.
Ik herinnerde mij een vraag van een oud-collega: "Denk aan een tafel en wat zie je dan voor je in gedachten?"
Toen ze daarna vroeg of ik vijf letters voor me zag <t-a-f-e-l> of een voorwerp bestaande uit een plat vlak en vier poten eronder, wist ik wat het verschil was. Oma (ja, die oma) is volgens mij een taaldenker, die nu af en toe de woorden niet juist voor ogen krijgt. Of die het woord wel juist voor ogen krijgt maar de letters niet meer goed kan benoemen of tot een woord kan vormen.
 
Met die theorie in het achterhoofd hoef je zo'n grande dame niet meer 'weg te zetten' als iemand die begint te dementeren, maar kun je weer redelijk antwoord geven op warrige vragen.
 
Vorige week waren mijn lief en ik bij haar op visite en hadden we het over de oorlog. Oma vertelde over de geallieerden en de slag bij Arnhem, "Nou en dan was er iets met een o". We begrepen er niets van. Pas in de auto terug, toen ik de theorie over het taaldenken verkondigde, wist mijn lief te vertellen dat de brug bij Arnhem de John Frostbrug heet. Dus dát bedoelde ze. Die oma is zo 'gek' nog niet!
 
Oma heeft een schaaltje met snoep naast zich staan op een tafeltje. Zo vlak voor Sinterklaas ligt nu in het schaaltje: borstplaat, marsepeinbolletjes, chocolade, schuimpjes in de vorm van letters en vruchtenbonbons. Omdat oma niet zo goed meer ziet, is het nodig oma af en toe te wijzen op het eten en drinken dat nog op het tafeltje staat. Toen ik haar vanmiddag vertelde dat er nog lekkers in een schaaltje op tafel stond vroeg ze iets in de trant van: "Welke letters zitten er dan in?"
Ik had toen de schuimletters kunnen onderzoeken en noemen, maar dat was de vraag helemaal niet. Want op de plaats van haar woord 'letters' moest een ander woord staan, in dit geval waarschijnlijk 'snoepjes'.
Na het antwoord: "Nou, borstplaat, marsepeinbolletjes en chocolaatjes" was zij helemaal tevreden.
 
Niet veel later volgde lekker mopperend: "Borstplaat vind ik helemaal niet lekker!"
Geweldig.

zaterdag 26 november 2011

233

Bij het binnenstappen van de V&D dacht ik eerst even:  “Oh, hier heb ik even helemaal geen zin in”, maar die gedachte verdween als sneeuw voor de zon bij de aanblik van het rek met tassen naast de jongeman. Ik had even geen zin in een verkooppraatje gehad van een te vlotte, snelbabbelende jongen, die zijn verhaaltje helemaal volgens de training zou afdraaien…

Ik stopte, haalde de ‘oortjes’ van de mp3-speler uit de oren en keek hem verwachtingsvol aan. Bij het zien van de kleuren had ik ineens wél zin in het verkooppraatje. In een flits had ik namelijk besloten dat ik die ene tas moest hebben.

“Welke vindt u het mooist?” vroeg de jongeman.
Briljante openingszin! Op zo’n vraag is naast het antwoord “Ik vind geen een mooi” eigenlijk maar een handeling mogelijk, en dat is een van de tassen aanwijzen en zeggen “Die!”.
Ik lachte en zei: “Jij hebt een goede training gehad!”
En vervolgens wat er van mij werd verwacht: “Die”.
Hij gaf het ruiterlijk toe door heel trots “Ja” te zeggen en pakte de PiP Studio-tas van het rek. Wat toen volgde was een volslagen niet-te-volgen-verhaal, hakkelend en stotterend over Stop Aids Now.
Arme jongen…
Als ik al niet was gezwicht voor de schoonheid van de bescheiden big-shopper, dan had ik de artbag uit medelijden gekocht. Niet voor de mensen en kinderen die HIV-geïnfecteerd zijn, maar voor de jongen die helemaal van zijn stuk was.

Blij met mijn PiP Studio-shopper liep ik naar de kassa (voor maar € 5,- een goed doel gesteund en een leuke shopper rijker. Aanzienlijk goedkoper dan de leren PiP Studio tas van ruim € 130,- die ik laatst heb gescoord en die in principe hetzelfde doet – mijn spullen handig bijeen houden. En van die dure is Stop Aids Now niet beter geworden!). Ik vroeg aan de verkoopster van V&D of het goed liep met de artbags, en daar kon ze (gelukkig) positief op antwoorden.

Een mooi product, een goed doel en een aandoenlijk jongetje die niet uit zijn woorden komt, is een ijzersterke combinatie. Véél effectiever dan het gladst denkbare praatje.


maandag 7 november 2011

232

Natuurlijk had ik het kunnen weten.
Ik heb gewoon niet goed nagedacht.

Begin oktober, een kleine week vóór de uiterste inzenddatum ontdekte ik de actie van smoothiemaker Innocent. De goedgemutste actie hield kortweg het volgende in: brei, haak of vilt kleine mutsjes die op een 250 ml-flesje Innocent passen (breipatroon op de Innocent-website), stuur ze op naar Innocent, Innocent mutst eind oktober de kleine flesjes, voor ieder verkocht mutsje – begin november – gaat  er 20 cent naar het Ouderenfonds en dat fonds zorgt dan voor een gezellig kerstfeest voor eenzame ouderen.

Wie weet dat mijn vrijdagmiddagvrijwilligerswerk inhoudt, dat ik naar een alleenwonende (al dementerende) oudere ga, die ik dan zo’n twee uur gezelschap houd en bezighoud met puzzelen, die snapt dat ik erg vatbaar ben voor een dergelijke activiteit van het Ouderenfonds.

Omdat ik na de ontdekking van de actie nog maar een paar avonden had, kon ik nog net zeven mutsjes in elkaar freubelen, en zette ik zussie ook nog aan tot meebreien. Zij maakte vervolgens veel toffere, maar dat terzijde. Het ging om de mooie gedachte, een bijdrage te leveren aan dat kerstfeest voor eenzame ouderen.

Twintig cent per verkocht mutsje… dat betekent bij ruim 89.000 verkochte mini-hoofddeksels al snel een dikke € 17.800,-. Mooi. Gaaf. Tof.

Dat dacht ik… tot gistermiddag toen ik in de AH To Go een gemutst flesje kocht.
Prachtig mutsje overigens, met pompon en een gouddraadje.
Bij de kassa moest ik voor het flesje met 250 ml blackberries-strawberries-blackcurrants € 2,40 betalen… dat bleek de normale prijs van € 2,20 te zijn, plus 20 cent voor het mutsje.

Slik!

Helemaal geen 20 cent van de prijs naar het Ouderenfonds, maar 20 cent bovenop de prijs!

Eerst heeft Innocent aan alle punnikende Nederlanders om gratis mutsjes gevraagd en vervolgens vraagt het aan smoothiedrinkend Nederland 20 cent per mutsje.
Dat betekent dat de bijdrage van Innocent alleen is geweest: regelen dat de mutsjes op de flesjes geplaatst werden.
En natuurlijk heeft het de reclame rond de mutsjes geregeld…
Eh, wat zeg ik?
En natuurlijk heeft het heel veel free publicity voor zichzelf weten te genereren.

Pas gisteren bij de kassa van de AH To Go viel bij mij het kwartje. In plaats van wol kopen, breien en een veel te dure smoothie aanschaffen had ik gewoon een aantal euro over moeten maken naar de rekening van het Ouderenfonds! Dan was het Ouderenfonds er pas écht beter van geworden. Nu is vooral ‘het goede doel de vruchtenpulpmaker’ er beter van geworden.  

Beetje jammer.

zondag 9 oktober 2011

231

Wanneer mijn lief twee Amstel Bright bij de bar op het strand haalt, komt hij met het verbijsterende bericht terug dat er ‘even’ paniek is, omdat een kind in het zwembad zou zijn verdronken… Het zwembad ligt direct achter de strandbar. Mensen rennen naar het zwembad een aantal kinderen huilt en schreeuwt hysterisch, ouders halen de eigen kinderen bij het zwembad vandaan en iedereen kijkt elkaar verslagen aan. Naast ons zit een ouder echtpaar aan een tafeltje. De vrouw zegt tegen de man dat ‘piep’ en ‘piep’ aan het reanimeren zijn. Wij blijven uit de buurt omdat we niet kunnen reanimeren en dan toch alleen maar in de weg staan...
Het duurt verschrikkelijk lang voordat de ambulance er is.

De mensen die gereanimeerd hebben komen bij het stel naast ons zitten.
“Zal ik straks maar rijden”, biedt de ene man de andere aan. Kan hij even ‘bijkomen’ en een borrel nemen. Maar de man slaat het aanbod af. Hij kan zelf wel terugrijden.
“We hebben ons best gedaan, schat” zegt de man tegen de vrouw. Maar het is hen niet gelukt het kind te redden. Ook een andere meneer die terugkomt van de onheilsplek vertelt aan mijn lief dat het kindje het niet gaat redden. Verslagen kijken de strandgasten wat voor zich uit voordat ze het strand en de strandbar verlaten. Er is maar een route naar de uitgang en dat is langs het bewuste zwembad, waar politie en security rondlopen.

Het noodlottige ongeval had grote indruk gemaakt en bleef ergens boven in het hoofd rondspoken. Misschien juist wel doordat er op geen enkele manier bij het zwembad of op het strand aandacht besteed werd aan het ongeval en het overleden kindje. Er stond nergens een kaarsje, beertje of bos bloemen, er werd geen informatie verstrekt aan de gasten van het resort. De volgende dag stond er alleen een bord bij het bewuste zwembad dat afgezet was met gele linten, met de tekst dat er tijdelijk geen toegang was tot het zwembad in verband met een chloorbehandeling. En ik weet zeker dat de gasten die het kindje gereanimeerd hadden, geen slachtofferhulp hebben gekregen…

Het idee dat er op een paar meter afstand een kindje was verdronken in het zwembad, was verschrikkelijk. Dat het voorval niet meer werd genoemd en het kindje voor ons zelfs geen naam had, maakte het nog erger. Aan een anoniem leven was een einde gekomen, en er werd niet meer over gesproken. Pas op de dag van de terugvlucht hadden we wifi op het vliegveld en sloeg mijn lief aan het surfen op zijn mobiel. Hij vond een berichtje op Paradise FM:
De Vigilante meldde afgelopen weekend in haar sms-dienst dat een vierjarige in de zee bij Blue Bay zaterdag zo veel water naar binnen heeft gekregen dat het naar het ziekenhuis moest worden vervoerd. Afgelopen zondag kwam het treurige bericht naar buiten dat het kindje zou zijn overleden, zo meldt de krant.

Het bericht klopte van geen kant, maar het was in ieder geval ‘iets’. Mijn lief zocht verder en vond op de site van Dolfijn FM een ander bericht: 
 
Jongentje (4) overleden in Sehos
Gisteren is in het Sehos een 4-jarige peuter overleden. Het jongetje, Regene Cijntje, werd zaterdag uit een zwembad bij Blue Bay gehaald en moest gereanimeerd worden. Hij werd meteen overgebracht naar het Sehos waar artsen hun best deden om hem in leven te houden. Maar dat is niet gelukt. Gisteren is hij overleden.

Het bericht naderde de waarheid, en het jochie had een naam gekregen: Regene Cijntje.
Ook al zullen de nabestaanden en de reanimerende strandgasten deze blog niet lezen wil ik hen langs deze weg heel veel sterkte wensen.  

zaterdag 8 oktober 2011

230

Tsja, het is natuurlijk best voor te stellen: een paar wil niet op de traditionele wijze in Nederland trouwen en denkt - wellicht aangestoken door BN-ers en voetballers - aan trouwen in de zon op het strand. Het kan. Het gebeurt.

Het kan en gebeurt zelfs heel váák, hebben wij deze vakantie ontdekt, want vrijwel dagelijks zien wij op het strand bij de Blauwe Baai op Curacao, de speciaal daarvoor bestemde palmbladerengedekte partytent aan de zee weer aangekleed worden voor een stel uit Nederland dat denkt op een heel speciale manier in het huwelijk te treden...
De witte gordijnen worden weer opgehangen, de glazen voor de champagne worden klaargezet, de witte stoelen worden uit het restaurant gesleept, de vogelkooi met twee duiven wordt geplaatst, dezelfde plaatselijke bakker komt weer een weddingcake brengen, en op het strand worden de voorbereidingen getroffen voor het aansluitende buffet of de bbq. Uiteraard met fakkels rond de eetplek...
Wanneer alles weer aangekleed is zoals de dag ervoor, komt aan het eind van de middag het stel, in vol ornaat in de bruidskleding gestoken, over het strand aangelopen naar de 'chapel'. De trouwambtenaar in zwarte toga met witte bef er achteraan, en dezelfde fotograaf in spijkerpak legt alles vast op de gevoelige plaat. Bijna iedere dag dezelfde aankleding, voorbereidingen en betrokken mensen...

Het schreiden over het zandstrand is min of meer een beproeving... want tsja... trouwen op  Curaçao is misschien wel heel kek bedacht maar moet ook weer niet al te veel in de papieren lopen. Dus de locatie is niet exclusief afgehuurd. Trouwen bij de Blauwe Baai betekent in de trouwjurk over het strand lopen tussen de zonnebadende gasten door, en aangegaapt worden door iedereen die in zwembroek en bikini op strandstoelen ligt. En nagekeken worden door iedereen die in de zee zwemt en snorkelt en speciaal opkijkt naar dat stel in kleding dat niet matcht met de locatie...

Terwijl wij gisteren vanaf het vlot in zee toekeken hoe het zoveelste stel in trouwkleding over het strand banjerde, bulderde iemand van een groepje Amerikaanse gasten in het water: "Hé, you wanted a beachmarriage!"
Hilarisch!

229

Begin dit jaar schreef ik in blog 017 dat ik nogal last van mijn leeftijd begon te krijgen. Anders gezegd: 40 worden vond (en vind) ik maar helemaal niks, en ik bedacht dat het niet-vieren van mijn verjaardag in een zonovergoten land - bij voorkeur op een Antilliaans eiland - wel eens een heel goed idee zou kunnen zijn. Het niet-vieren van mijn verjaardag zou niet de bijzonderheid zijn, want ik vier mijn verjaardag al jaaaaren niet meer. De verre bestemming zou wel dat speciale tintje zijn...

Vorig jaar was ik op mijn verjaardag samen met mijn lief op het huis van schoonmoeders aan het passen en kwamen zussies en zwagers afgereisd voor een bakkie met gebakkie in Drenthe. Ondanks dat we op de eerste zondag in oktober bijeen zaten - dus al in de herfst - genoten we in de tuin, in de zon van de koffie met wat er bij!

Mijn voornemen van begin dit jaar is werkelijkheid geworden. Als ik zoiets bedenk, voer ik dat over het algemeen ook wel uit. Op mijn 40ste verjaardag zit ik met mijn lief op Curaçao! Hoe ziet het niet-vieren van de verjaardag er bijvoorbeeld uit... een praktijkvoorbeeld:

's Ochtends wanneer de wekker gaat is de temperatuur al behoorlijk richting de 30 graden boven nul! Heerlijk! Mijn lief zingt lang zal ze leven en we roepen 40 keer hoera. Vervolgens een gewone vakantieochtend met douchen, ontbijten, bakkie koffie, even lezen en die laatste drie dingen allemaal op de veranda in de schaduw en onder de ventilator.
Aan het eind van de ochtend over de hoge brug naar Willemstad-Punda voor postzegels voor op de vakantiekaartjes. Het is druk bij het postkantoor dus het vinden van een parkeerplek neemt even wat tijd: rondjes rijden rond de markthal in de hoop dat er een plekje vrij komt. Het lijkt wel thuis in Leeuwarden, op een zonnige zondag wanneer iedereen het originele idee heeft om in de auto een ijsje bij La Venezia te halen zodat parkeervergunninghouders geen plekje meer kunnen vinden!
Het tweede rondje levert plek 503 op en ik gooi geld in de automaat voor een uur. Dat lijkt veel voor het halen van een paar postzegels in het postkantoor dat op zo'n 50 meter van de parkeerplaats staat... maar dat is het niet. We zijn niet in snel-snel, klant-is-koning, dienstverlenend, klantgericht West-Europa. Na een half uur zitten we nog steeds met een nummertje in de hand op een bank te wachten. Ach, het is vakantie en het enige dat we nog willen vandaag is een gebakje eten en snorkelen. Het heeft ook wel weer wat.
Bij de bakkerijafdeling in de supermarkt worden we vervolgens wederom niet beleefd te woord gestaan of aangekeken - we zijn het al gewend - en worden twee stukjes taart op de zij, half over elkaar in een te klein doosje gepropt. "Het moet toch stukken (kapot) in de maag," zou mijn moeder gezegd hebben...
Het snorkelen in de Blauwe Baai is weer geweldig, en het aantal Lion fish is alweer groter geworden ten opzichte van de dag ervoor... dat is echt wel een vervelende epidemie voor het Caribisch gebied...
We maken een flinke ronde langs de rotsen, zonnen onderweg op een vlot en snorkelen weer terug naar de strandstoelen. Toch zeker een uur onderweg geweest. Dan komen er ineens hele donkere wolken over het land naar de kust drijven, voelen we een paar drupjes en komt het vervolgens met bakken uit de lucht vallen: een echte tropische bui. We rennen naar de bar die overdekt is met een palmbladeren dak, en nemen twee Amstel Bright. Op de verjaardag in de zon! :-)

(NB. 20 minuten later was het weer droog en warm)

228

Een nagebouwde waterput met molentje, in rood-wit-blauw, en grote borden met daarop een hart en 'I love Jaanchi's' verraden dat je op de noordelijkste plaats op Curacao gearriveerd bent: Westpunt. De reisgids was zo lovend over het restaurantje van Jaanchi's, dat we het wel moesten bezoeken voor de lunch. De gids 'zei' weinig over de kwaliteit van de gerechten, maar wel over de entourage en de eigenaar. Een citaat:
Bij Jaanchi's restaurant in Westpunt is naast het lekker Antilliaanse kriyo eten het suikerdiefje de grootste attractie. Op het terras krijgen deze kleine vrolijke vogeltjes elke dag suiker van de eigenaar. Terwijl je binnen aan de garnalen, vis of misschien wel leguaan zit, hoor je van buiten het gekwetter van de vogeltjes. Eigenaar Jan Christiaan, beter bekend als Jaanchi, is een vriendelijke verschijning die zichzelf de sprekende menukaart noemt en dus alle gerechten moeiteloos opsomt. Hij vertelt wat de specialiteiten van de dag zijn, vaak de vis die 's ochtends door de vissers van Westpunt is gevangen. Soms beeldt hij het menu met handen en voeten uit, wat nogal hilarisch is. Hij besluit zijn opsomming van de menukaart altijd met de toevoeging "En een flinke scheut vitamine L... van liefde".

Jaanchi is inderdaad geweldig... maar ook bijzonder slim!
Bij binnenkomst brengt een dame het gezelschap naar een tafeltje en zij neemt de bestelling voor de drankjes op. Vervolgens is het wachten op Jaanchi, die met pen en papier en een grote schelp aan het tafeltje komt zitten. Zijn eerste opmerking: "Euh, hebben wij elkaar niet eerder gezien?" De meeste mensen zullen 'nee'  schudden en dan zegt hij dat het dan vast in een droom moet zijn geweest! Maar dan weet hij dus wel, welk verhaaltje hij kan gaan vertellen: het hele toneelstukje opvoeren, of een aangepast stuk 'voor gevorderden'. Wij waren nieuw, dus wij kregen het hele verhaal zoals we dat in het boekje hadden gelezen en waarbij we de schelp aan het oor moesten leggen om even de zee te kunnen horen. Erg geestig.
Bij het maken van de menukeuze werden we door Jaanchi door een fictief schema geleid: vis of vlees, vervolgens de keus uit misschien maar twee gerechten, en elk gepaneerd en ongepaneerd. Wie bij vlees nog niet heeft gekozen voor leguaan wordt aangeraden dit toch echt even te proeven... Mijn lief dus ook... Wie niet heel snel de keus tussen rijst of aardappelen maakt, krijgt van beide gewoon een beetje!

Na afloop van het bezoek van Jaanchi aan tafel werd nogmaals herhaald dat elk gerecht afgemaakt wordt met vitamine L en kriebelde Jaanchi ons nog weer even over de arm. Vervolgens was het aan 'de dames' om de gerechten te serveren in metalen borden met vakjes. Finished? Het nagerecht werd vervolgens ongevraagd geserveerd, of het er nog 'in' paste of niet. Het eten was goed, maar niet wereldschokkend lekker.

Vrouwelijke gasten krijgen bij Jaanchi's bij vertrek een portemonneetje met daarop de spreuk die door het hele dorp hangt: 'I love Jaanchi's' met een hart erbij. Zo worden alle vrouwelijke gasten ook nog eens ingezet voor de promotie van het bijzondere restaurant met markante eigenaar/gastheer. Een man die donders goed weet dat een beetje apart doen en apart zijn, mond-tot-mond-reclame en nieuwsgierige toeristen oplevert. Ik houd daar wel van, en doe dus graag mee: wie eens op Curaçao verblijft moet echt even een keer lunchen tussen de kwetterende vogeltjes bij Jaanchi's in Westpunt! Goed eten, geweldig entertainment.

Over een prijs werd overigens nooit gesproken. We rekenden gewoon af bij het verlaten van Jaanchi's, en de prijs viel reuze mee.