Mijn lijst met blogs

vrijdag 20 mei 2011

113

Woensdag stond ik in de rij bij de een na laatste kassa in de Super de Boer. Dat het de een na laatste kassa was, is overigens helemaal niet van belang. Voor mij stond een meneer, achter mij een mevrouw. De meneer voor mij had niet zoveel op de band staan: twee flesjes bier. Ik had alleen twee doosjes vega-’gehakt’ omdat de Coop in Diever dat eerder die dag, toen ik écht boodschappen voor het avondeten had gedaan, dit helemaal niet had. Kon ik voor de tweede keer die dag naar een supermarkt… zucht.
Die twee flesjes bier vóór mijn boodschappen op de band intrigeerden mij. Zou deze meneer ook in een andere winkel boodschappen gedaan hebben, en was zijn favoriete biermerk uitverkocht geweest of uit het assortiment gehaald? En waarom maar twee flesjes? Zou hij nooit bier in huis hebben, maar vanavond van plan zijn een speciaal recept uit te proberen waarbij bier in het ingrediëntenlijstje  had gestaan?
Al die mogelijkheden en vragen bedacht ik, nadat ik mijn eerste oordeel al had geveld: ach, wat triest, zit ‘ie vanavond eenzaam op de bank met zijn twee flesjes bier. Hij koopt niet meer flesjes omdat ‘ie weet dat ‘ie het dan vanavond niet bij twee houdt. Of: hij koopt maar twee omdat hij niet meer kan betalen. Die gedachten kwamen als eerste in mij op en dat vond ik héél erg van mezelf.

De mevrouw achter mij was met hele andere dingen bezig en was niet gefocust op de twee biertjes. Tenminste, dat bleek toen de meneer voor mij de twee flesjes bier moest afrekenen. Nadat de cassière het bedrag noemde haalde hij zijn portemonnee uit de broekzak. De mevrouw achter mij sprak mij op dat moment lachend aan: “Zo grappig, typisch mannen. Wij vrouwen staan altijd klaar met de portemonnee in de hand, en mannen moeten ‘m nog zoeken wanneer alles al gescand is.” En ik zag dat we beiden inderdaad met de portemonnee in de hand klaar stonden, al opengeklapt op het vakje met alle betaalpassen. Overigens: ik stond klaar met mijn ‘beurs’. Zo noem ik dat ding al mijn hele leven, maar iedere keer dat ik het woord ‘beurs’ zeg in de betekenis van geldbuidel/portemonnee zegt mijn lief dat het een stom woord is. Maar ik blijf gewoon ‘beurs’ zeggen! De mevrouw voegde er nog aan toe: “Ik heb die meisjes wel eens gevraagd of het zo is, en het is ook écht zo.”

Nah, dat was mij dus nog nooit opgevallen! Of het ook echt zo is, durf ik niet te zeggen. Maar vond het wel een bijzondere observatie, dus ik moest wel grinniken. Ook een volstrekt onbelangrijke observatie, trouwens…
Enige wat op dat moment in mij op kwam als reactie: “Bedankt, nu moet ik áltijd in de kassarij hierop letten!”

 En u, beste lezer, nu misschien ook wel J    

1 opmerking:

  1. Beste Fiona,

    De observerende vrouw achter je in de supermarktrij maakt eigenlijk een typisch "vrouwelijke opmerking"!
    Wij mannen zijn het namelijk bij een bezoek aan de supermarkt niet gewend om direct met de beurs (inderdaad een mooi woord) in handen te gaan staan. Vaak de partner vergezellend moet er door de man namelijk eerst hard worden gewerkt.

    a) Ik noem het plaatsen van de karinhoud op de band. (Mijnheer wil u de flessen plat leggen!!)
    b) Het aanbod aan boodschappen na de scanning door de cassière zien op te vangen, die deze tegenwoordig in een razendsnel tempo weet aan te bieden.
    c) De gezichtsuitdrukking en de zucht van de cassière weerstaan die feitelijk zeggen: "Weer één die het niet kan bijhouden"
    d) Ondertussen moet de man ook nog de druk van een langer wordende rij wachtenden ondergaan. Zij staan allemaal toe te kijken naar jouw harde werken! Je voelt je dan ongewild in het centrum van een toneelstuk, zeker als er maar één kassa geopend blijkt te zijn en jongelui en vaak ook vrouwen met enkele boodschappen in de armen staan te wachten. Ik liet deze vroeger nog wel eens voor gaan, als mijn kar zelf vol was. Maar daar ben ik mee gestopt. Er lijkt geen beginnen meer aan, want daarchter staat er weer één met de armen vol en daarachter weer één.

    Concluderend: Wij mannen zijn in de supermarkt er niet op geconditioneerd om met de beurs in handen staan. Daar, juist bij de kassa, hebben wij andere dingen te doen. Een vrouw is dat wel. Tenslotte beheert zij vaak nog altijd de huishoudbeurs en moet daarenboven vaak diep graven in haar tas op zoek naar die geldbeursn tussen al die andere dingen die worden meegenomen.
    Met vriendelijke groet,
    Een waarnemende man.

    BeantwoordenVerwijderen