Mijn lijst met blogs

donderdag 20 januari 2011

024

In het dorp waar ik geboren ben en zo’n twintig jaar ben opgegroeid – ik ben nog steeds aan het opgroeien, maar dat vindt nu plaats in Leeuwarden – was een echte visboer. Deze had geen viswinkel maar een aantal visauto’s, waarin de vis ter plaatse werd gebakken en in vetvrij papier werd meegegeven. Voor de auto een gebakken vis eten vanuit het witte papier, kon natuurlijk ook.
Op zaterdagmiddag stond de visauto (ik vind viskar mooier klinken, maar het was helaas geen kar)  ‘op de hoek’ voor de kerk (die niet meer in gebruik was als kerk maar als cultureel centrum). Héél soms nam hait gebakken vis mee van de repetitie van het fanfarekorps Aurora (waar ik een dezer dagen nog over zal schrijven) en aten we bij het avondeten (brood) een gebakken schelvis. Op z’n Bildts: ’n skelfissy. Hoewel ik me zo kan voorstellen dat heel veel kinderen een hekel hebben aan graten, vond ik het ‘pulken’ van de laatste resten vis van de graat juist heel erg lekker.

Zeker 25 jaar had ik geen gebakken schelvis meer gehad, maar vanavond stond het op de menukaart van een hippe eettent, met vadouvancrème en saus van flespompoen. Voor wie ook met zijn of haar oren klappert bij het woord vadouvan: dit is een Indische mengeling van gemalen kruiden en specerijen bestaande uit onder andere mosterdzaad, kurkuma, komijnzaad , peper, kari, look en fenugrec (lang leve internet waar echt álles op te vinden is).

Het was absoluut een lekker gerecht, een fijne filet… maar deze schelvis kon toch écht niet op tegen de ‘gewone’ skelfis, gebakken in een enorme bak vet, zonder sausjes en kruiden en verpakt in vetvrij papier. En gegeten met de handen!
Vanavond gewoon met vork en vismesje gegeven, maar dat zal niet gezorgd hebben voor het verschil in smaak(sensatie).

Misschien zaterdagmiddag maar even in de auto terug in de tijd.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten